Den Haller, Diepenheim |
Eén van de oudste oorkonden die spreken over watermolens in Twente is de goederenlijst uit 1188 van Graaf Hendrik van Dale, heer van Diepenheim. In een beschrijving van de parochiegrenzen wordt de eerste melding gemaakt van deze watermolen in 1225. De heerlijkheid Diepenheim met de molen werd in 1331 gekocht door de bisschop van Utrecht, Jan van Diest. Hij gaf de molen, wegens geldgebrek, in pand aan de Heer van Brederode. Later kwam de molen in bezit van de stad Deventer, die deze in 1870 verkocht aan Jan Hallers, aan wie de molen zijn tegenwoordige naam dankt. Graaf Schimmelpenninck van kasteel Het Nijenhuis, die de molen van Haller had gekocht, schonk hem in 1912, ter gelegenheid van zijn zilveren huwelijk, aan de gemeente. De molen is gerestaureerd en thans in gebruik om koren tot meel te malen. Naast de molen bevindt zich een uitstekend
restaurant met gelijknamige naam.
Artikel over Den Haller in de Telegraaf:
"Watermolen
'Den Haller' komt water tekort "
|
|